Long COVID: een nieuwe kijk op chronische ziekten

Wereldwijde aandacht voor COVID geeft wellicht steeds meer duidelijkheid over langdurige klachten.”

Aug 2022 – Sinds de pandemie is pijnlijk duidelijk geworden dat steeds meer mensen langdurige klachten overhouden na een coronabesmetting. Eén op de acht coronapatiënten houdt langdurige klachten, volgens een artikel gepubliceerd in augustus 2022 op NOS. Het zogeheten postcovidsyndroom. Klachten bestaan voornamelijk uit pijn op de borst, benauwdheid, vermoeidheid, spierpijn en cognitieve problemen. Het postcovidsyndroom telt welteverstaan tweehonderd symptomen, echter laten reguliere röntgenfoto’s, scans en bloedonderzoeken geen afwijkingen zien. Er zijn artsen die hun best doen voor deze groep, maar zodra ze niets vinden worden veel patiënten naar huis gestuurd. Uitbehandeld, maar nog ziek.

Long covid laat een duidelijk parallel zien met de nasleep van andere infectieziekten, van Lyme, Q-koorts en sars. Ze veroorzaken allemaal bij een deel van de patiënten blijvende klachten. Veel patiënten met ME/CVS (myalgische encefalomyelitis, soms ook tot ergernis van patiënten het chronisch vermoeidheidssyndroom genoemd) geven aan dat ze ziek zijn geworden na een infectie, maar hun aandoening wordt nog steeds niet overal serieus genomen. Het duurde tientallen jaren voordat de perceptie van die ziekte veranderde en de patiënten meer serieus werden genomen: Oorspronkelijk werd het gezien als een psychosomatisch probleem dat vooral vrouwen trof, maar nu wordt het erkend als een complexe, chronische ziekte met duidelijke biologische markers. Recent internationaal onderzoek naar het postcovidsyndroom maakt langzamerhand zichtbaar wat zich afspeelt in het lichaam van patiënten. Het liet onder andere zien dat patiënten microscopisch kleine bloedklonters in de bloedbaan hadden en tevens waren er afwijkingen in de longen en aan het zenuwstelsel.

Doordat Covid een wereldwijd groot probleem is met veel aandacht en steun is er veel en relatief sneller onderzoek naar dit ziektebeeld. Dit in tegenstelling tot andere aanverwante infectieziekten die persisterende klachten kunnen veroorzaken. Maar doordat het postcovidsyndroom veel gelijksoortige symptomen heeft als post-lymeziektesyndroom, ME/CVS, etc. kan onderzoek naar het postcovidsyndroom een nieuw licht werpen op bepaalde chronische ziekten.

De metafoor van strijd gaat niet op voor chronisch zieken

Chronisch ziek zijn is een strijd zonder eind.”

Aug 2022 – Een steengoed artikel uit de HuffPost zet goed uiteen hoe de omgeving omgaat met chronisch zieke mensen die een lange medische zoektocht ondergaan naar een diagnose. Zeer herkenbaar voor zeldzaam zieken met een chronische aandoening. Het betreft een ervaringsverhaal van een jonge vrouw die na het zien van meer dan vijftig artsen nog geen duidelijkheid heeft van wat zij mankeert. Het doel van een diagnose is voor haar een lange tijd haar levensdoel. Later zwakt dit af en maakt dit plaats voor het hanteerbaar maken van haar symptomen. Klachtenvermindering, een zo goed mogelijk leven leiden waar mogelijk. Zij blikt terug naar hoe andere mensen omgingen met de onwetendheid van haar diagnose.

De schrijfster van het artikel zet perfect uiteen dat de maatschappij een label nodig heeft om in te schatten hoe te reageren op iemand met een ziekte. Als je iemand vertelt dat je ziek bent, willen ze weten waar je ziek van bent. De diagnose bepaalt hun gedrag.

Erg herkenbaar zijn de omschrijvingen die de zij maakt over het nog volop in de medische molen zitten, niet weten wat je mankeert en het aan mensen uitleggen wat er mis met je is. Zonder diagnose is het lastig te antwoorden op de vraag “Wat is er mis?” Wanneer je iets vaags maar nauwkeurigs zou zeggen, zoals: “Ik heb een vreemde neurologische ziekte,” dan lijk je opzettelijk terughoudend. Als je al je symptomen zou opnoemen, zou het lijken alsof je veel klaagt. En als je het zou terugbrengen tot één symptoom, zoals migraine of vermoeidheid, dan zou je de ernst ervan onderschatten en valse verwachtingen wekken over hoe goed het met je gaat.

Het zorgvuldig balanceren tussen te veel en te weinig vertellen is erg herkenbaar. Je wilt namelijk begrepen worden en niet dat onbegrip, die blikken vol medelijden of dat ongevraagde advies.

Men heeft over het algemeen een korte tijdspanne. Zoiets zullen zeldzaam zieken met een chronische aandoening beamen. In het begin van ziekte is men nog zeer geïnteresseerd (en wellicht vol schok) en worden kaartjes gestuurd, maar naarmate de tijd verstrijkt neemt de interesse en zorg af.  

Wat de schrijfster ook perfect opmerkt is dat chroniciteit voor veel mensen lastig te bevatten is, want het is akelig te realiseren dat zelfs met de beste artsen, de best mogelijke medicatie en de best mogelijke levensstijl een chronische ziekte altijd bij je blijft en zorgt voor een dagelijkse worsteling. Het kan iedereen overkomen. Een chronische ziekte blijft bij je en kent geen eind. Geen genezing, geen verlossing en geen eind. Mensen kunnen daar niet makkelijk mee overweg. En vaak is zoiets niet goed te bevatten.

De schrijfster van het artikel merkt hier ook scherp op dat de metafoor van strijd die vaak bij ziekte wordt gebruikt, geen hout snijdt bij chronisch zieken. Er zou voor hen beter een andere metafoor gebruikt worden, want chronisch ziek zijn is een strijd zonder eind. Die potentiële betere metafoor zou er een moeten zijn die niemand kwalificeert als verliezer in de afwezigheid van winnaars, een die niemand kwalificeert als verliezer in de afwezigheid van victorie, een die recht doet aan de strijdlustigheid van de chronisch zieke patiënt.

De schrijfster opteert ten slotte om de taal die men gebruikt om over ziekte te praten te veranderen, want op die manier wordt het misschien gemakkelijker voor chronisch zieken om nieuwe narratieven te omarmen, zoals dat van de reis van ziekte naar aanvaarding en niet van ziekte naar gezondheid.

Lancering website Zeldzaam Ziek

Hierbij de lancering van onze website!

We zijn blij dat onze nieuwe site deze zomer live is gegaan. Ons streven is dat onze website een bron van informatie en advies biedt op het gebied van zeldzame ziekte.

Als jullie ideeën/suggesties hebben laat het ons weten. We horen graag van jullie.

Vriendelijke groet,

Zeldzaam Ziek-Team

Vincent van de Vrede

Ik ben Vincent van de Vrede en uit eigen ervaring weet ik dat een zeldzame en chronische ziekte een grote impact kan hebben op je leven, zeker als de verschijningsvormen heel divers zijn.

Mijn eigen geschiedenis met persisterende duizeligheid en Visual Snow Syndrome begon al in mijn kindertijd. In het donker zag ik veel visual snow, maar ik dacht dat dat normaal was. Rond mijn negentiende manifesteerde zich duizeligheidsklachten en tinnitus. Ik had ook veel last van lichtgevoeligheid. In de jaren daarna ontvouwde zich langzaam maar zeker steeds meer van de VSS-symptomen. In 2005 ontstonden plotseling veel floaters en werd de visual snow beduidend erger. Als ik naar buiten keek, regende het, althans: zo leek het. In werkelijkheid was het droog, maar het sneeuwbeeld wekte een andere indruk. Enkele jaren later namen de nabeelden toe, de blue field en nog veel andere typische verschijnselen. Als ik zo terugkijk op de laatste twintig jaar, zie ik een ziekte die zich langzaam maar zeker en steeds breder ontwikkelde. 

Het was jaren tasten in het duister omtrent deze vreemde klachten, waar ik eerst ook geen patroon in zag. Pas in 2011 stelde een Duitse neuroloog (Klaus Podoll, bekend van zijn baanbrekende werk op het gebied van migraine aura) de diagnose Visual Snow Syndrome, wat later door twee neurologen werd bevestigd. Eindelijk was er duidelijkheid! 

Voor mij was het echt een openbaring toen ik wist dat ik dit had. Werkelijk álle symptomen herkende ik naadloos. Het is alsof je een schilderij van Van Gogh in huis hebt waarvan je tot die tijd dacht dat je de enige was, maar dan ineens ontdek je dat er ook een museum is dat een exacte kopie heeft hangen. De erkenning maakte veel duidelijk voor mij.

.

Maartje van Meijel

Mijn naam is Maartje van Meijel. Eind 2015 begon ik geleidelijk aan visuele klachten te krijgen. Natuurlijk toen nog niet wetende dat deze neurologisch bleken te zijn. Ik begon in mijn hele gezichtsveld vlekken te zien en deze verdwenen niet meer. Dit verergerde en toen ontwikkelde ik een extreme vorm van lichtgevoeligheid. Zo ernstig dat praktisch elke lichtbron heftige hoofd- en oogpijnen veroorzaakt. Op 1 januari 2016 werd ik ’s ochtends wakker met alle symptomen die bij Visual Snow Syndrome (VSS) horen. Ik had extreme nabeelden, een verergering van de lichtovergevoeligheid, het zien van lichtflitsen, zeer intense static (Visual Snow), pulserend zicht, tinnitus, etc. Ik ervoer de meeste visuele symptomen ook met gesloten ogen, dus er is geen ontkomen aan. Ik kwam toen in een soort persisterende migraine aanval terecht die een paar dagen duurde en de hoofd- en oogpijnen verergerden. Doordat ik met mijn ogen dicht intense lichtflitsen zag, gekleurde bewegende vlekken en de static had ik maandenlang ernstige slaapproblemen. Heel intens als je er niet aan kunt ontsnappen en je geen rust kunt krijgen.

Toen begon mijn zoektocht naar een diagnose. Ik begon bij de huisarts en merkte al snel dat daar onbegrip en onwetendheid was. Op mijn verzoek werd ik doorverwezen naar een neuroloog en daar dacht men aanvankelijk dat het om een uitzonderlijke vorm van migraine ging. Toen geen van de medicijnen hielp, stuitte ik ook daar op onbegrip en gebrek aan kennis. Ik kreeg het advies om naar een medisch revalidatiecentrum te gaan en niet langer naar een diagnose te zoeken. Ik voelde de behoefte om verder uit te zoeken wat er aan de hand was. Uiteindelijk kwam ik na actief door te zoeken in 2018 terecht in het LUMC (Leids Universitair Medisch Centrum), dat toen een expertisecentrum had voor het Visual Snow Syndroom. De neuroloog daar stelde bij mij Visual Snow Syndrome vast. Hij zei dat het goed was dat ik bleef zoeken naar de oorzaak van mijn klachten. Helaas is het expertisecentrum voor VSS in Nederland opgeheven wegens gebrek aan financiering en expertise. Hierdoor is het voor patiënten met VSS nog moeilijker geworden om een juiste diagnose te krijgen, alhoewel dit bij een toenemend aantal neurologen wel mogelijk is. We hopen dat door te praten met artsen en VSS-experts wereldwijd de diagnose, de bekendheid en de protocollen zullen verbeteren.